De veiligheid op het boerenerf kan en moet beter. Alleen voldoen aan het Bouwbesluit is niet voldoende als het gaat om de brandveiligheid in en om een boerenbedrijf. Dat is de boodschap van Dick Arentsen, Fire Safety Engineer en onder andere lid van de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV) en Fellow van The Institutions of Fire Engineers (IFE), de beroepsvereniging van deskundigen op het gebied van brandveiligheid.
Veiligheid op het boerenerf is een breed begrip. Niet alleen gaat het over de veiligheid in de stallen, ook de veiligheid eromheen is van belang. Met het totale plaatje is het volgens Dick Arentsen droevig gesteld.
Door Betty Rombout
Minimaal niveau
Maar we hebben toch een Bouwbesluit? Dick Arentsen is daar duidelijk over: “Het Bouwbesluit voor erfveiligheid is op een minimaal niveau; onvolledig, niet onderbouwd en niet wetenschappelijk. Het gaat vooral over rechtsgelijkheid en rechtszekerheid. Daar kun je alle kanten (of niet) mee op. Logisch dat de boeren zelf dan ook niet weten wat ze wel of niet moeten of kunnen doen.” De voorschriften van het Bouwbesluit voor de brandveiligheid in stallen en alles eromheen, gaan voor Dick Arentsen dus lang niet ver genoeg. In dit artikel noemt hij een aantal zaken waar volgens hem de aandacht op gevestigd moet worden.
Zo mogen wat Arentsen betreft er geen grote compartimenten worden gebouwd. “Veel kleiner dan 2500 vierkante meter. Kleinere compartimenten betekent risicospreiding en minder kans op een stal die helemaal afbrandt.” Het Bouwbesluit praat over brandwerende (isolatie) materialen. De praktijk wijst volgens Dick Arentsen echter uit dat lang niet alle (isolatie) materialen voldoen aan de eisen van brandveiligheid. De testen die op de materialen worden uitgevoerd, sluiten niet aan bij de praktijk. “Materialen gedragen zich bij daadwerkelijke branden compleet anders en scoren slechter dan tijdens de uitgevoerde testen.”
Vakmanschap is verdwenen
Het lijkt een simpele maatregel: het gebruik van brandmeldinstallaties en rookafvoersystemen. De uitvoering en installatie ervan laat volgens Dick Arentsen vaak te wensen over, met alle gevolgen van dien. “Het vakmanschap is verdwenen”, zegt hij. “Op het boerenbedrijf komt een ‘blauw pak met rode stropdas’ langs met één of ander afvinklijstje en een vaag verhaal. Of iemand die zich een Fire Safety Engineer noemt, maar totaal geen aantoonbare kennis van zaken heeft.”
“Het Bouwbesluit gaat lang niet ver genoeg
Nog een doorn in het oog van Dick Arentsen is het gebrek aan keuring van diverse installaties in stallen en op het erf. “Daarover staat niets in het Bouwbesluit. Er kan zomaar iets misgaan met de elektrische bedrading. Let wel: elektriciteit is een van de grootste veroorzakers van brand. Tegen boeren zeg ik vaak: ‘Jullie hebben een landbouworganisatie, regel collectief zo’n jaarlijkse keuring en thermografische inspectie’. Dat zorgt voor aanzienlijk lagere kosten.”
Onvoldoende bluswater
“Valwanden”, zegt Dick Arentsen, “nog zo’n onderwerp. De oplossing bestaat al een tijdje, maar zowel de politiek als het Bouwbesluit willen er nog niet aan.” Het betreft hier een systeem waarbij speciale delen van een stalmuur bij brand gecontroleerd naar buiten vallen, na detectie van brand door bijvoorbeeld een brandmeldinstallatie. Dit heeft een positief effect op temperatuur, koolmonoxidegehalte en zuurstofpercentage in de stal. Daardoor stijgen de overlevings- en bij sommige dieren de ontsnappingskansen. Ook kan de brandweer sneller en makkelijker toegang tot de stallen krijgen. Voldoende beschikbaar bluswater is eveneens een heikel punt en niet alleen op het platteland. Dick Arentsen: “We hebben wel wat: het grootwatertransport. Maar het duurt een uur voordat het water op de plek van de brand is. Dan is het te laat.” Hij refereert onder andere aan het rapport SAHARA, een kritische beschouwing van bluswater in Nederland. Het IFV adviseert gemeenten om zorg te dragen voor de bluswatervoorziening.
Deskundigen
Het Bouwbesluit is dus niet toereikend, blijkt als we naar Dick Arentsen luisteren. Wat te doen? Hij zegt: “Mensen echt goed opleiden tot Fire Safety Engineer. Het opleidingsniveau is momenteel minimaal. We hebben deskundigen nodig die op wetenschappelijke – zorgvuldig, verifieerbaar en systematisch – en technische basis de praktische brandveiligheid beoordelen. Al tien jaar ben ik bezig een goede opleiding van de grond te krijgen. Maar de overheid werkt niet echt mee. Waar zit haar expertise, oftewel kennis, kunde en vaardigheden? Het zijn allemaal managers die veelal niet weten waarover ze praten. Ze willen niet luisteren naar de vakmensen. Maar is er stront aan de knikker met bijvoorbeeld gevaarlijke stoffen, dan weten ze mij en andere vakmensen wel te vinden ter eigen eer en glorie.”
Uit de praktijk: geleerd van ellende
In april 2013 ging het varkensbedrijf van de familie Van der Meijden Welvaarts uit Oirschot in vlammen op. Inmiddels staat er sinds 2016 op de plek van de oude stal een compleet nieuwe stal. “De stal bestaat uit brandveilige compartimenten en we hebben onder meer brandveilige vloerroosters. De elektra is zo ingericht dat wanneer er stroomuitval is, de natuurlijke ventilatie automatisch in werking treedt. De back-up-ventilatie is aangesloten op het netwerk buiten de stal. De hele stal is voorzien van een sproei-installatie, watergekoelde luchttoevoer en bronwatermanagement. De mestpannen zijn voorzien van koeling; daarin wordt de mest gekoeld tot 15 graden. Dat is niet alleen veiliger, maar het beperkt ook de emissie. Bovendien wordt de mest direct afgevoerd. Ook is een luchtwasser, de oorzaak van de brand, niet meer nodig. De leidingen in de stal zijn allemaal geïsoleerd, alle elektra is vrij van het plafond, die plafonds zijn brandvertragend en in de hele stal is geen wandcontactdoos te vinden.” Het varkensbedrijf van Van der Meijden Welvaarts huisvest 1000 zeugen; biggen worden elders grootgebracht. De zeugen zijn onderverdeeld in compartimenten met elk vijftig dieren. Het bedrijf heeft drie medewerkers. Van der Meijden heeft na de stalbrand zijn pijlen in plaats van alleen op het varkensbedrijf ook gericht op andere zaken. Onder de naam VON-Netherlands worden op het bedrijf trainingen gegeven. “Onder meer aan accountmanagers. Maar we geven ook BHV-cursussen en trainingen op het gebied van economie: een tweedaagse training die inzicht geeft in de economische waarde van het varkensbedrijf.”
Bron: www.veearts.nl
Samenvatting Actieplan Brandveilige Veestallen 2018-2022
Het omkomen van dieren bij stalbranden is een belangrijk maatschappelijk issue. Een stalbrand heeft daarnaast een grote impact op de boer en zijn gezin en de betrokken hulpverleners. Dierlijke slachtoffers bij stalbranden moeten zo veel mogelijk voorkomen worden. Tussen 2012 en 2017 heeft het Actieplan Stalbranden 2012-2016 gelopen. De afgelopen jaren zijn onder andere de wettelijke eisen voor nieuwe stallen aangescherpt, is het bewustzijn van veehouders ten aanzien van brandveiligheid vergroot en worden stalbranden beter geregistreerd.
De inspanningen van de afgelopen jaren hebben nog niet geleid tot minder stalbranden en dierlijke slachtoffers. De Dierenbescherming, Brandweer Nederland, het Verbond van Verzekeraars en LTO Nederland in nauwe samenwerking met de POV (Producenten Organisaties Varkenshouderij) continueren daarom de samenwerking om stallen brandveiliger te maken en hebben een nieuw actieplan gemaakt.
Bij de totstandkoming van het plan is nauw samengewerkt met de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). In het nieuwe Actieplan Brandveilige Veestallen 2018-2022 zijn de dierlijke sectoren nadrukkelijk zelf meer aan zet om voor hun sector actief aan brandveiligheid te werken. Er wordt een groot aantal maatregelen getroffen om de brandveiligheid te vergroten. Bij nieuwe stallen is de brandveiligheid aanzienlijk verbeterd. Alle betrokken partijen zijn zich ervan bewust dat de brandveiligheid van bestaande stallen moet verbeteren. In het nieuwe Actieplan Brandveilige Veestallen 2018-2022 wordt het accent gelegd op het verbeteren van de brandveiligheid in bestaande stallen. De acties worden uitgezet via de volgende programmalijnen:
- Brandveiligere stallen (het brandveiliger maken van bestaande stallen);
- Een brandveiligere bedrijfsvoering (bewustwording);
- Beheersbaarheid van stalbranden (als de brand er eenmaal is, is deze te beheersen);
- Registratie en oorzaken van stalbranden (verzamelen en behouden van data);
- Onderzoeksvragen (initiatieven en onderzoeken die bijdragen tot brandveiligere veestallen);
- Communicatie en vertaling naar de praktijk.
Inmiddels is een eerste stap gezet om bestaande stallen brandveiliger te maken. De varkens-, pluimvee- en kalversector hebben elektrakeuringen opgenomen in hun ketenkwaliteitssystemen. Dat betekent dat voor het overgrote deel van deze bedrijven een periodieke elektrakeuring verplicht is. Het komend half jaar (najaar 2018) gaan de grootste veehouderijsectoren onderzoeken welke maatregelen ze nog meer bij bestaande stallen kunnen nemen om de kans op een brand te verkleinen. Daarnaast is het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit samen met het ministerie van Binnenlandse Zaken op eigen initiatief aan het verkennen of het mogelijk is om aan bestaande stallen extra wettelijke eisen te stellen. De overheid verwacht de resultaten daarvan in het najaar van 2018. Het volledige actieplan is te vinden op de website van de rijksoverheid.