Een brand, een chemisch lek en een dreigende aanslag. In al deze gevallen dienen werknemers het bedrijfspand zo snel mogelijk te verlaten. Dus moet de gebruiker, de werkgever, zorgen voor goede ontruimingsalarmering. Hoe doe je dat?
Leestijd: +/- 4 minuten
Er is een simpele manier om de kwaliteit hiervan te garanderen: het ontruimingsalarm laten leveren, installeren en onderhouden door partijen die zijn gecertificeerd.
Ontruimingsalarm niet op orde? Geen feestvergunning
Een werkgever wordt geconfronteerd met een onaangename verrassing. De feestelijke opening van zijn nieuwe gebouw staat gepland voor over twee weken, maar nu blijkt dat hij de festiviteiten moet uitstellen. Zojuist kreeg hij namelijk bezoek van de inspectie en die constateerde mankementen aan het ontruimingsalarm.
Geen vergunning vanwege ontruimingsalarm = reëel scenario
Een reëel scenario, zegt Alex Angenent van Hacousto Communicatiesystemen. Want mankementen aan zo’n ontruimingsalarm zijn er volgens hem in allerlei soorten. “Misschien was er sprake van technische storingen bij één van de onderdelen. De microfoon bijvoorbeeld, of de luidsprekers. Misschien ook bleek de alarmeringsinstallatie gevoelig voor functieverlies bij brand. Dan kan zo’n brand in bepaalde delen van het gebouw de installatie onklaar maken, en daar worden medewerkers dan niet meer gealarmeerd. Ten slotte kan het ook mis gaan met de voedingsvoorziening. Een brand brengt vooral schade toe aan de voedingsverdeelinrichting en daardoor kan een gebouw zonder stroom komen te staan.”
Werkgever is wettelijk verplicht ontruimingsalarm te checken
Dit zijn zaken waar een werkgever maar beter rekening mee kan houden. Sterker nog, dat is hij wettelijk verplicht. “Je ziet de laatste jaren dat de overheid steeds meer verplichtingen overhevelt naar ondernemers”, aldus Angenent.
“De brandweer komt je pand niet meer controleren”
“De brandweer doet weinig meer aan voorlichting, en hij zal je pand ook niet meer komen controleren. Als gebruiker is het dus heel moeilijk om te vermijden dat je voor onaangename verrassingen komt te staan. Bijvoorbeeld dat je pand niet open mag. Of, erger nog, dat je na een incident verantwoording af moet leggen aan Justitie. In extreme gevallen hangt je zelfs een gevangenisstraf boven het hoofd. Zorg dus dat je voldoet aan de NEN 2575, de norm voor de installatie van ontruimingsalarmering.”
Ga in zee met gecertificeerde bedrijven
Hoe je dat doet? Angenents oplossing is duidelijk: ga in zee met gecertificeerde bedrijven. “Een dergelijk bedrijf heeft bewezen dat het voldoet aan de beoordelingsrichtlijn, de richtlijnen die de certificeringsinstantie hanteert om zulke bedrijven te toetsen. Daarbij hebben de betreffende mensen laten zien dat ze beschikken over voldoende kennis en vaardigheden om zo’n installatie aan te leggen. De gebruiker mag er dus vanuit gaan dat ze kwaliteit leveren. En na een eventueel incident kan het bedrijf aantonen dat ze hun uiterste best hebben gedaan om de veiligheid te waarborgen.”
Leverancier gecertificeerd? Ontruimingsinstallatie ook
Er is nóg een voordeel. “Als de leverancier is gecertificeerd, geldt dat in de meeste gevallen ook voor de installatie”, verklaart Angenent. “Dat installatiecertificaat kun je laten zien bij een eventuele inspectie, en daar houden de inspecteurs rekening mee. De inspectie verloopt dan minder uitvoerig en meer steekproefsgewijs. Dat biedt meerdere voordelen: het gaat sneller, het is goedkoper, en de kans dat je twee weken voor de opening van je gebouw voor onaangename verrassingen komt te staan, is nihil.”
“Je installatie moet niet alleen voldoen op dag X”
De juiste installatie van ontruimingsalarmering is maar één kant van het verhaal. Minstens net zo belangrijk is een goed onderhoud.
“Je installatie moet niet alleen voldoen op dag X”, zegt Angenent. “Maar ook op dag X plus een. Onderhoud is dus essentieel en ook dat is vastgelegd in een norm, namelijk de NEN 2654 -2.”
Voldoen aan norm voor ontruimingsinstallatie: onderhoud
Wat moet de werkgever doen om aan deze norm te voldoen? Volgens Angenent begint het met het aanstellen van een beheerder, bijvoorbeeld een facilitair manager. “Zo’n beheerder moet iedere maand controles uitvoeren. Bijvoorbeeld of de installatie zijn werk naar behoren kan vervullen, maar ook of hij überhaupt wel aanstaat. Mocht de beheerder stuiten op storingen, dan kan die in eerste instantie proberen om die zelf te verhelpen. Als dat niet lukt, moet hij contact opnemen met het onderhoudsbedrijf.”
Wees ook alert op gebouwwijzigingen
Ook moet de beheerder alert zijn op wijzigingen in het gebouw, bijvoorbeeld bij de indelingen van ruimte. “Dat zie je als een organisatie besluit om de brandweeringang te verplaatsen”, verduidelijkt Angenent. “Bij zo’n brandweeringang hangt een bedieningspaneel, en het is natuurlijk de bedoeling dat dat vervolgens óók wordt verplaatst. Verder moet je goed opletten als een rustige kantoortuin wordt omgebouwd tot bijvoorbeeld een printerruimte. In vergelijking met de toetsenborden van beeldschermwerkers maken die printers natuurlijk veel meer herrie. En daardoor is het mogelijk dat de ontruimingsalarmering niet meer goed is te horen.”
Ontruimingsalarm moet jaarlijks worden onderhouden
Een onderhoudsbeheerder is slechts de eerste stap. Dat onderhoud wordt geïnspecteerd – afhankelijk van de grootte van het bedrijf en het soort werkzaamheden één keer in de drie jaar of één keer per jaar. En verder moet de installatie één keer per jaar worden onderhouden door een onderhoudsbedrijf.
Ook in dit geval kan de werkgever volgens Angenent het beste kiezen voor een gecertificeerd onderhoudsbedrijf. “Als je alarmeringsinstallatie kampt met verborgen gebreken, wil je daar achterkomen bij het onderhoud, en niet tijdens de inspectie, want in dat laatste geval loop je het risico op sancties. Aan de andere kant: als je dat onderhoud hebt laten uitvoeren door een gecertificeerd bedrijf, kun je alweer rekenen op een minder uitvoerige, goedkopere inspectie. En nog belangrijker: je weet dat je er alles aan gedaan hebt om de medewerkers veilig te laten werken. En na een eventueel incident kun je aantonen dat je niet meer had kunnen doen om het te voorkomen.”
Dit artikel werd gepubliceerd in Brandveilig.com 03/2016 over certificering
> Lees ook Noodorganisatie: 5 communicatietips