Vluchtroute-aanduidingen moeten te allen tijde, maar zeker onder moeilijke omstandigheden, goed zichtbaar zijn. Binnen een bepaalde afstand moet in één oogopslag duidelijk zijn: ‘Daar moet ik naartoe’. Daarvoor zijn regels en normen opgesteld, ook om te voorkomen dat er verschillende interpretaties zijn van wat duidelijk en zichtbaar is. Op dit moment bestaan er nog geen aanvullende regels speciaal voor vluchtroutes voor mensen met een mobiliteitsbeperking.
In de onlangs vernieuwde NEN 3011:2021 zijn vluchtroute-aanduidingen voor personen met een mobiliteitsbeperking opgenomen. Er wordt daarin verwezen naar het pictogram met de persoon in een rolstoel. Voor vluchtwegen die geschikt zijn voor mensen met en mensen zonder mobiliteitsbeperkingen is er een gecombineerd pictogram. Daarop staan het bekende rennende mannetje, een persoon in een rolstoel en een pijl voor de richtingsaanduiding.
Geen duidelijke wettelijke basis
In het vernieuwde Bouwbesluit (Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)) is vanzelfsprekend veel aandacht voor mensen met een functie- of mobiliteitsbeperking. Er worden alleen geen nieuwe eisen gesteld aan de vluchtroutes voor personen met een beperking. Er is geen duidelijkheid over hoe speciale vluchtroutes moeten worden ingericht. De NVFN, het samenwerkingsverband van Nederlandse professionals in noodverlichting, stelt terecht dat er geen duidelijke wettelijke basis is voor het toepassen van het rolstoelpictogram.
Veel meer armaturen
Daarbij speelt nog iets anders. De vluchtroute-aanduiding moet zoals gezegd duidelijk, eenduidig en onder moeilijke omstandigheden goed zichtbaar zijn. De maximale afstand waarop een aanduiding nog goed herkenbaar is, is gekoppeld aan de hoogte van het pictogram. Armaturen voor vluchtroute-aanduidingen hebben in de regel een hoogte/breedte-verhouding van 1:2. Twee vierkante pictogrammen naast elkaar – een poppetje en een pijl – maken perfect gebruik van de verhouding van het armatuur. Een nieuwe, gecombineerde aanduiding – poppetje, poppetje, pijl – heeft een verhouding van 1:3. Om die passend te maken op het standaardarmatuur, moet de hoogte van het pictogram worden aangepast. Dat scheelt een derde in hoogte en dus een derde in de herkenningsafstand. Dat is in de praktijk bij de inrichting van een vluchtroute een groot verschil, met als gevolg dat er veel meer armaturen toegepast moeten worden.
Rolstoel, rollator of kinderwagen
Er is op dit moment nog niet in de wet- of regelgeving vastgelegd waar vluchtroutes voor mensen met een mobiliteitsbeperking aan moeten voldoen. Dan gaat het overigens niet alleen om mensen met een rolstoel, maar bijvoorbeeld ook om mensen met een rollator of kinderwagen. Het is wenselijk dat hiervoor snel goede en eenduidige regelgeving komt. Het is vanzelfsprekend dat er bij de inrichting van vluchtroutes serieus rekening gehouden wordt met mensen met een mobiliteitsbeperking. Goede regelgeving is daarbij onmisbaar!
Jurgen van de Pol, Product Manager Noodverlichting bij Eaton