In 2007 heeft een gemeente de VROM-Inspectie erop geattendeerd dat oude galerijflats (bouwperiode circa 1950-1975) die zijn uitgevoerd met één centraal trappenhuis, vaak niet voldoen aan het Bouwbesluit.
Het gaat hierbij om de eisen die het Bouwbesluit stelt aan de rookvrije vluchtroutes vanuit de afzonderlijke woningen. Omdat de galerijflats in heel Nederland staan, wil de VROM Inspectie met dit inspectiesignaal landelijk aandacht vragen voor deze problematiek.
De eisen voor vluchtroutes in bestaande flatgebouwen staan in het Bouwbesluit. De algemene eis (art 2.164) is dat er vanuit een
woning ten minste twee rookvrije vluchtroutes zijn, die nergens samenvallen. Op deze eis zijn echter uitzonderingen. Volstaan
mag worden met één rookvrije vluchtroute als hierop niet meer dan 500 m2 aan woningen zijn aangewezen. Bij één brand- en
rookvrije vluchtroute is dit 1500 m2. Er is geen beperking als de vluchtroute voert door een veiligheidstrappenhuis.
De doodlopende galerijen zijn niet strijdig met het Bouwbesluit zolang er minder dan 500 m2 aan woningen is toegewezen. Uitgaande van woningen van 100 m2 mogen er maximaal vijf woningen aan een doodlopend eind liggen. Voor zover bekend bij de VROM Inspectie zijn er geen flats in Nederland waarbij dit wordt overschreden. Op de centrale trappenhuizen zijn in het algemeen wel steeds meer dan 1500 m2 aan woningen toegewezen. Deze trappenhuizen moeten daarom zijn uitgevoerd als veiligheidstrappenhuis om te voldoen aan het Bouwbesluit.
De eisen hieraan zijn:
1. het trappenhuis kan in de vluchtrichting alleen worden bereikt vanuit een niet-besloten ruimte;
2. de brandwerendheid tegen branddoorslag en -overslag (WBDBO) tussen het trappenhuis en een ander (sub-)brandcompartiment is ten minste 20 minuten;
3. de constructie-onderdelen in het trappenhuis voldoen aan de brandvoortplantingsklasse 2 of T1, en hebben een maximale rookproductie van 5,4 m-1;
4. de permanente vuurbelasting is minder dan 7000 MJ. Vooral door de aanwezigheid van een lift (en machinekamer) voldoen veel centrale trappenhuizen niet aan deze eisen. Ook is vaak vanuit de bergingen onderin het flatgebouw een directe toegang tot het trappenhuis.
Aanpak
Bestaande flatgebouwen die niet voldoen aan de genoemde eisen, moeten volgens de VI worden aangepast. De meest veilige oplossing is het aanbrengen van stalen vluchttrappen aan beide kopgevels, zodat vanuit iedere woning twee kanten kan worden gevlucht.
Ik begrijp het niet meer ! We wonen met 88 gezinnen in een (asbest) flat uit 1976 mèt verouderde stoppenkasten uit het zelfde jaar zonder aardlekschakelaar (maw. als de wasmachine aanstaat moet de grill uit enz.)met alleen een wasmachine aansluiting in de de keuken op een houten zweefvloer die doorzakt. Enfin naar aanleiding van voorgaande kwamen we op het gesprek… wat doen we bij brand!
vervolg: blijkt er bij ons in het trappen huis geen slang, blusser, melder vluchtroute, noodverlichting of wat dan ook aanwezig te zijn! Bellen met de brandweer..antwoord: niet nodig, ga maar met de brandtrap, of gil op de galerij dan komen we met een hoogwerker, of blijf in je woning (60 min brandwerend) met een houten vloer?!Wat nu als er dáár brand uitbreekt? of in het donker automatisch daar
vervolg; naar toevlucht? emmertjes en pannetjes zoeken? Waarom zijn de regels in Alkmaar anders dan in andere plaatsen? zit ons echt dwars ! gr. Mar.
Is een woningbouwvereniging verplicht om”asbest” flats preventief bij de brandweer te melden?