Minister Ter Horst geeft meer helderheid over de status van brandveiligheidsconcepten zoals beheersbaarheid van brand.
In een brief aan de tweede kamer geeft minister Ter Horst aan dat er onduidelijkheid bestaat over de status van brandbeveiligingsconcepten ten opzichte van de huidige regelgeving.
Ze geeft aan dat sommige concepten worden gezien als bindend terwijl deze slechts als hulpmiddel zouden moeten dienen. Met name door de inwerkingtreding van het Gebruiksbesluit zijn sommige brandveiligheidsconcepten zelfs achterhaald of in strijd met de regelgeving.
De minister geeft daarom aan dat partijen publicaties kunnen opstellen voor brandveilig bouwen en het brandveilig gebruik van bouwwerken. Wanneer echter sprake is van een tegenstrijdigheid dan gaat de regelgeving uiteraard voor.
Het NVBR en NIFV zullen voortaan het beheer van de brandveiligheidsconcepten op zich nemen. In de komende periode zal worden bekeken of er concepten zijn die moeten worden opgenomen in de regelgeving.
Minister van der Laan zal samen met het VNG, de NVBR en het georganiseerde bedrijfsleven bespreken of er concepten zijn die in de bouwregelgeving moeten worden opgenomen. Als dit het geval is dan kunnen deze in de derde tranche van het bouwbesluit worden meegenomen.
Volgens minister ter Horst worden “Cellen en cellengebouwen” uit 1994 en het brandbeveiligingsconcept “Beheersbaarheid
van brand” en het bijbehorende “Reken- en beslismodel” uit 1995, welke in 2007 zijn vervangen door de leidraad “Beheersbaarheid van Brand 2007” in ieder geval meegenomen in het bouwbesluit.
Het doel van dit concept is om toetsers en ontwerpers een invulling aan te reiken voor de functionele eis uit het Bouwbesluit 2003 betreffende grote brandcompartimenten, namelijk “het beperken van uitbreiden van brand”.
