Als het aan minister Blok ligt, krijgen mensen met (ver)bouwplannen in 2015 te maken met nieuwe regelgeving. Zij kunnen dan zelf bepalen of zij hun vergunningaanvraag laten beoordelen door een publieke partij (de gemeente) of een private (een adviesbureau). Wat betekent dit duale stelsel voor de brandveiligheid?
Het wordt een groot project. Een landelijke GGZ-instelling kampt al jaren met ruimtegebrek en heeft besloten hier wat aan te doen. Al volgend jaar moet er aan de rand van de stad een nieuw gebouw verrijzen. Grote plannen dus – maar ook een grote verantwoordelijkheid, en daar maakt de toekomstige gebouweigenaar zich wel eens zorgen over. Wat als er dadelijk brand uitbreekt? Komen al die minder zelfredzame cliënten dan wel op tijd naar buiten? Zo niet, dan is hij, de gebouweigenaar, verantwoordelijk. Hij kan zelfs strafrechtelijk worden vervolgd.
Dit fictieve verhaal onderstreept niet alleen de verantwoordelijkheid van gebouweigenaren, maar ook de complexiteit van brandpreventie. “Want ten eerste moet je kijken naar het pand”, zegt Eugène van Mierlo van Brandweer Nederland. “Heb je het over hoogbouw, of juist over ruimtes ondergronds, met grote of kleine compartimenten? Maar net zo belangrijk is de omgeving. Staat het gebouw in een weiland of een dichtbevolkt gebied, en hoe zit het met de bereikbaarheid? En ten slotte kijken we vooral ook naar de toekomstige gebruikers. In hoeverre zijn die bijvoorbeeld zelfredzaam?”
Blok
Daarmee komt hij automatisch uit op zijn bezwaren tegen de plannen van minister Blok. Want in de toekomst kunnen initiatiefnemers hun (ver)bouwplannen ook laten beoordelen door particuliere adviesbureaus, zonder dat geborgd is dat de brandweer er naar kijkt. En volgens Van Mierlo is dat een ondoordachte keuze – van Blok en ook van zo´n initiatiefnemer: “Zo’n adviesbureau concentreert zich alleen op de kenmerken van het gebouw, niet op de factoren ‘mens’ (het gebruik) en ‘omgeving’.”
Dat betekent volgens Van Mierlo dat die adviesbureaus wel de brandveiligheid beoordelen, maar niet integraal. “Wij kunnen met een initiatiefnemer om de tafel gaan zitten en hem adviseren hoe hij echt kan zorgen voor een brandveilig gebouw. Als in de plannen bijvoorbeeld wordt uitgegaan van een sprinklerinstallatie, kan dat mogelijk betekenen dat de eigenaar tijdens de gebruiksfase van het bouwwerk kan volstaan met een minder zware BHV-organisatie. Maar als je een goede keuze wil maken tussen zo’n sprinklerinstallatie of een stevige BHV-organisatie, moet je ook kennis hebben van het gedrag van mensen die in het pand komen.”
Kennis pand
Voor de brandweermedewerkers snijdt het mes zo aan twee kanten. Ze zorgen dat initiatiefnemers de voor het betreffende plan de beste preventieve maatregelen treffen, en ze verkrijgen zelf kennis van het pand. En dat is zeer belangrijk voor het geval er tóch brand uitbreekt. “Als wij met zes man uitrukken, willen we ook met zes man weer terugkomen”, zegt Van Mierlo. “En dus moeten we een goed beeld hebben van wat we kunnen tegenkomen. Waar zit de compartimentering en hoe lang behoort deze stand te houden, waar bevinden zich niet zelfredzame personen en waar zijn belangrijke afsluiters van gevaarlijke stoffen? En hoe zit het met de bluswatervoorziening en de aanvalswegen voor de brandweer?”
Maar een adviesbureau kan de resultaten van de inspectie toch aan de brandweer doorgeven? Van Mierlo heeft daar weinig vertrouwen in. Dan krijg je na oplevering van het gebouw wat punten op een A4’tje, maar dat is volstrekt onvoldoende. Nogmaals, adviesbureaus hoeven een gebouw niet met een integrale blik te bekijken. Bovendien rukken zij niet tientallen keren per dag uit om een brand te bestrijden. Dat geeft juist ons de kennis en ervaring die we weer kunnen gebruiken bij advisering. Dat zelfde geldt voor brandonderzoek.”
Diverse ministeries
Moet het duale stelsel er komen? Volgens Van Mierlo is Brandweer Nederland niet per se tegen – mits de adviesrol van de brandweer bij risicovolle bouwwerken maar wettelijk wordt geborgd. `Wij vinden dat de huidige plannen op het gebied van brandveiligheid niet goed zijn doordacht. De minister ziet ons te veel als een repressieve organisatie, en kijkt te weinig naar onze wettelijke rol bij de preventie op grond van de Wet Veiligheidsregio’s. Daarom willen wij dat de plannen verder worden uitontwikkeld met diverse ministeries, ook met Veiligheid en Justitie. En daarom ben ik ook blij met de recente opmerking van minister Opstelten in de Tweede Kamer. Hij zei dat hij met collega-bewindspersonen zou bespreken hoe ze dit zouden gaan regelen. Niet ‘of’, maar ‘hoe’.”
Frank van Elsen zegt
Ik ben net als van Mierlo kritisch over het duale stelsel. Waar van Mierlo het echter fout heeft is zijn argument dat de adviesbureaus niet integraal kijken of kunnen kijken. Alleen de slagkracht van de brandweer kunnen zij moeilijker beoordelen maar daar speelt het bouwbesluit geen rol in, hooguit op het punt van gelijkwaardigheid.