Brand in een zorginstelling ligt vrijwel altijd op de loer. Zo wordt volgens Johan Jansen, consultant en docent bij Briks Advies, brand niet alleen veroorzaakt of verergerd door defecte technische installaties of bouwproducten, maar ook door onoplettendheid van de aanwezigen. Sommige branden kun je vrij simpel voorkomen door alertheid van een ieder. Daarbij zijn kenmerken van patiënten en de kennis van het personeel op het gebied van brandveiligheid bepalende factoren.
Door Marcel van Duijn
Jansen: “Tja, niets is wat het lijkt. Er zullen nieuwe regels moeten komen om zorginstellingen te beschermen.” Als er brand in een zorginstelling uitbreekt zijn het vroegtijdig ontdekken en snel ingrijpen door de interne organisatie eerste vereisten. Uiteraard moet worden voldaan aan reguliere voorschriften zoals noodverlichting en vluchtwegen die vrij toegankelijk zijn. Johan Jansen:“Zorginstellingen en brancheorganisaties staan voor enorme ontwikkelopgaven. Om bij brand optimaal te anticiperen, is het delen van kennis en ervaring hard nodig.” Jansen is een ervaren consultant en docent brandveiligheid. Hij kent de ontwikkelingen op zijn vakgebied en helpt opdrachtgevers hier adequaat op te anticiperen. Hij is communicatief sterk, past in het team van de opdrachtgever en is nauw betrokken bij de veranderingsprocessen van veiligheidsregio’s op het gebied van risicobeheersing. Zijn kracht is om met het team, een organisatie met (complexe) brandveiligheidsvraagstukken verder te helpen.
Kennisbank ‘Dezorgbrandveilig.nl’
Brancheorganisaties en zorgprofessionals presenteerden eind 2016 in de GGZ-instelling HVO-Querido, Amsterdam – in het bijzijn van minister Edith Schippers (VWS) – www.dezorgbrandveilig.nl. Deze online kennisbank bevat gewijzigde inzichten over risicogestuurde brandveiligheid in de zorg. Jansen hierover: “Die site komt in onze vergrijzende samenleving met een toenemend aantal minder-zelfredzamen als geroepen.”
De komende decennia zal het aantal 65-plussers oplopen tot 4,7 miljoen. In 2040 is zo’n 26 procent van de bevolking 65-plusser. In de zorgbranche zijn patiënten door hun fysieke of geestelijke omstandigheden kwetsbaar. Hierdoor zijn ze niet in staat een gebouw bij een calamiteit bijtijds zelfstandig te ontvluchten. Dat betekent dat hier een duidelijke uitdaging ligt om het een en ander professioneel in te richten. Denk dan aan een brandmeldinstallatie en eigentijdse blusmiddelen. Daarbij zal de organisatie van de zorginstelling moeten weten hoe te handelen bij brand. “Als brandveiligheidsdeskundigen weten we vaak veel te weinig van de omstandigheden in de zorggebouwen. Pas als je meeloopt in een zorginstelling zie je de praktijk en kom je er al snel achter dat er een forse klus ligt wat betreft de brandpreventie. Wonen met zorg vergroot – blijkt uit de praktijk – helaas het risico op brand. Zo bestaat altijd de kans dat een GGZ-patiënt een brand zelf veroorzaakt.”
Gemiddelde opkomsttijd van de brandweer is negen minuten
Recentelijk heeft Jansen een opdracht afgerond voor een van de grootste zorginstellingen in het land. “Hierbij zijn meer dan 300 panden bezocht en is de brandveiligheid in kaart gebracht. De opdrachtgever wilde weten hoe iedereen zo snel en veilig mogelijk in samenwerking met de BHV-mensen een gebouw bij brand kan verlaten.” De BHV’er krijgt een steeds belangrijkere rol bij het evacueren na het uitbreken van brand. De overheid stelt op basis van de uitgangspunten van het huidige Bouwbesluit 2012 dat patiënten binnen vier minuten de bedreigde zone moeten hebben verlaten. De gemiddelde opkomsttijd van de brandweer is negen minuten. En dan hebben we het over een gebouw met een brandmeldinstallatie met een directe doormelding, want anders is de brandweer er pas na dertig minuten na het ontstaan van de brand.
Bouwbesluit heeft maar voor enkele gebruiksfuncties prestatie-eisen opgesteld
Jansen: “Snelle evacuatie is dus prioriteit nummer een. Het gebouw moet sowieso minimaal 60 minuten brandwerend zijn. Daarna mag het van de overheid gecontroleerd afbranden. Waar we in de praktijk tegen aanlopen is: het Bouwbesluit heeft maar voor enkele gebruiksfuncties prestatie-eisen opgesteld. Verder past het gebruik van gebouwen niet altijd een-op-een binnen de gebruiksfuncties die zijn omschreven in het Bouwbesluit. Ze voldoen wel aan wet- en regelgeving, maar vaak resulteert dit toch in onvoldoende brandveiligheid. Zonder houvast op basis van prestatie-eisen van het Bouwbesluit moeten we de veiligheid baseren op de juiste uitgangspunten, waarbij we brandveiligheid niet regelgericht maar risicogericht moeten benaderen. Deze zienswijze vraagt om kennis, inlevingsvermogen en ervaring.Vooral facilitaire medewerkers en verplegend personeel in zorginstellingen zijn betrokken bij de veiligheid van medewerkers en patiënten. Mijn ervaring is dat er architecten zijn die zich niet echt druk maken over brandveiligheid in hun ontwerp. Zij besteden dat veelal uit. Blijkbaar is het voor hen niet een sexy onderwerp, terwijl het dat wel degelijk zou moeten zijn. Hij of zij zal in het bouwbestek zeker rekening moeten houden met vluchtwegen en eventuele ruimte voor de installatietechniek en compartimentering”, verduidelijkt Jansen. “Enkel voldoen aan de voorschriften van het Bouwbesluit geeft vaak onvoldoende veiligheid.”
Zorg ervoor dat je de regelgeving van de gemeente leest en kan toepassen
Veel van de door Jansen gecontroleerde gebouwen voldeden op hoofdlijnen aan de voorschriften, maar het kan altijd beter. Opvallend is dat bij de meeste zorginstellingen de verplegers echt wel in staat zijn de brandblussers te bedienen. Regelmatig wordt er ook geoefend op locatie. Hieruit komen verbeterpunten naar voren. “Zo adviseren wij standaard alle zorginstellingen om een verdergaande compartimentering aan te brengen en eventueel een sprinklerinstallatie in combinatie met goede rookafvoer. En het staat buiten kijf dat er regelmatig controle moet plaatshebben of branddeuren, vluchtwegen en noodverlichting goed functioneren. Verder dient het (keuken)interieur van zorginstellingen onder de loep te worden genomen. Denk dan aan brandvrije materialen als vloerbedekking, wandbekleding, meubelen, matrassen en verlichting. Bovendien moet het personeel erop letten dat nooduitgangen niet gebarricadeerd zijn. Dat kan bijvoorbeeld veroorzaakt worden door een leverancier die even zijn goederen plaatst voor een nooduitgang. Maar ook kan het voorkomen dat deuren in vluchtroutes niet of nauwelijks zijn te gebruiken door rolstoelgebruikers. Uiteraard is het ieders verantwoordelijkheid om brandveilig te werken, maar soms ontstaan onveilige situaties gewoonweg door onwetendheid.” Naast het Bouwbesluit 2012 houdt de gemeente ook toezicht op het gebruik van een gebouw. Jansen: “Zorg ervoor dat je de regelgeving van de gemeente leest en kan toepassen. Zo moet je je bijvoorbeeld afvragen of het gebouw van de zorginstelling nog wel gebruikt wordt zoals was afgesproken. Oplossingen liggen zeker ook in aanscherping van regelgeving en betere installatietechnische voorzieningen. Dus de instellingen, de brandweer en de gemeente hebben een belangrijke en gezamenlijke rol bij brandpreventie. Het voorkomen van slachtoffers in de zorginstelling heeft de hoogste prioriteit. Het is een cliché maar toch: voorkomen is beter dan genezen.”
Toename slachtoffers
Jaarlijks komen gemiddeld veertien 65-plussers bij een woningbrand om het leven. Ouderen hebben een tweeënhalf keer grotere kans om bij een woningbrand te overlijden. Deze gegevens komen uit een onderzoek van het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV). De overheid propageert dat ouderen zo lang mogelijk in hun eigen woning blijven wonen. De indicatie om in aanmerking te komen voor 24-uurs verpleeghuiszorg is verhoogd. Dat betekent dat chronisch zieken met een zorgvraag worden gedwongen langer zelfstandig te blijven wonen, waardoor het aantal zorginstellingen afneemt. Naar verluidt zal bij ongewijzigd beleid het aantal doden onder ouderen in 2030 sterk toenemen. Voor gewone woningen en seniorenwooncomplexen gelden geen brandveiligheidsregels. Zo is een brandmeldinstallatie met directe verbinding naar een alarmcentrale lang niet altijd verplicht. De brandweer maakt zich dan ook grote zorgen.
Risicogestuurd
‘Risicogestuurd’ betekent dat je kijkt naar alle te verwachten risico’s op het ontstaan van brand. Aansluitend vertaal je die naar maatregelen op bouwkundig, installatietechnisch en organisatorisch vlak. Met het landelijke programma ‘De Zorg Brandveilig’ pleitten Brancheorganisaties Zorg (BoZ) en Brandweer Nederland al eerder voor een dergelijke aanpak. ‘De Zorg Brandveilig’ is een programma van ActiZ, GGZ Nederland, NFU, NVZ en de VGN. In HVO-Querido in Amsterdam benadrukte minister Schippers het belang van brandveiligheid in de zorg: “Brandveiligheid is zo vanzelfsprekend dat we ervan uitgaan dat dit altijd wel goed zit. Helaas zijn er branden in zorginstellingen geweest waarbij mensen zijn omgekomen. We moeten alles op alles zetten om dat te voorkomen.” Het ministerie van VWS heeft inmiddels een miljoen euro geïnvesteerd in het programma en zal ‘De Zorg Brandveilig’ financieel blijven ondersteunen. Interessant is dat risico-inventarisatie resultaat oplevert. Daarbij kunnen in gang gezette maatregelen worden geëvalueerd op de pragmatische toepassing ervan. Hoe groter de samenhang tussen maatregelen, hoe kleiner het risico op brandgevaarlijke situaties.
Door Marcel van Duijn. Dit artikel is verschenen in het Brandveilig.com Magazine, uitgave 2, april 2017