Het zal weinig mensen zijn ontgaan: de Noord/Zuidlijn (NZL) in Amsterdam is officieel geopend. De aanleg van de NZL mag dan lang geduurd hebben, het heeft wel bijgedragen tot een uitgekiend veiligheidssysteem voor deze metrolijn. Daar zit heel wat denkwerk in en er zijn duizenden tests uitgevoerd om alle onderdelen en hun samenhang grondig te checken. Verschillende partijen brachten hun expertise in.
De eisen voor brandveiligheid van de Noord-Zuidlijn zijn gebaseerd op het safe haven-principe. Dat houdt in dat een brandende metro, ook als de brand tussen de stations ontstaat, in staat is een station te bereiken. Dit geeft de beste vlucht- en ontruimingsmogelijkheden voor de reiziger. Dit principe leidt ertoe dat aan de ondergrondse stations de strengste eisen worden gesteld met betrekking tot brandwerendheid. Dit geldt voor Centraal Station, station Rokin, station Vijzelgracht, station De Pijp en station Europaplein.
De veiligheid van de reizigers is integraal aangepakt, met brandveiligheid als een van de onderdelen. Dat begint met de inrichting. In de stations zijn alleen brandwerende materialen gebruikt, er zijn geen winkels op de perrons en de prullenbakken zijn zelfdovend.
Bouwkundige brandveiligheid: Promat
Promat was betrokken bij diverse bouwkundige facetten van de Noord/Zuidlijn, waaronder de bouwkundige brandveiligheid. In deze case study is hier meer over te lezen, bijvoorbeeld over de stalen steunkolommen op de stations.
Brandwerend glas en rookschermen: Vetrotech
Vetrotech Saint-Gobain Benelux leverde de brandwerende veiligheidsbeglazing voor dit grote, ondergrondse bouwproject. En coördineerde de toepassing ervan. Vetrotech heeft voor deze stations in totaal 25.000 vierkante meter aan brandwerende beglazing geleverd, waarvan 18.000 m2 voor de wandbekleding (getest op 300°C) en 7.000 m2 brandhangende brandwerende beglazing (getest op 450°C).
Mark van Tilborg van Vetrotech: “Hoewel niets standaard is in de stations, hebben ze wel een uniforme uitstraling door dezelfde glazen wandpanelen. Belangrijk daarbij is dat in alle stations aan dezelfde hoge veiligheidseisen wordt voldaan. Zo heeft de brandveiligheid ook zijn weerslag op de glazen wandbekleding”, aldus Van Tilborg “De wandbekleding bestaat uit gefigureerd glas en moet natuurlijk wel blijven hangen bij brand, en is daarom ook specifiek voor deze toepassing horizontaal en verticaal getest. Vandaar dat de 45 graden glasgevels boven de stijgpunten ‘brandhangend’ zijn. Deze moeten minimaal dertig minuten een rookgastemperatuur van 400 graden Celsius kunnen doorstaan en mogen bij brand dus niet loskomen. Daartoe hebben we een oplossing gevonden in Pyroswiss Spider E30. Dit is een extra heldere, brand- en rookwerende E-klasse 30-beglazing met een ophangsysteem met spiders.”
Het bedrijf leverde en monteerde bovendien een aantal rookschermen. “Voor de rookschermen in de metrostations hebben we extra heldere E30-beglazing toegepast (12 mm Pyroswiss E30 Diamant).”
Bouwkundige brandveiligheid en brandveiligheidssystemen: Peutz
Ook de metrostellen zijn ingericht met moeilijk brandbare materialen en voorzien van brandmelders die in contact staan met ‘de centrale’. Daar komt alles samen: de ontruimingsinstallatie, de rook- en warmteafvoer, de overdrukinstallaties voor de vluchtroutes, de noodverlichting, de noodstroomvoorziening, de meldingen naar hulpdiensten, enzovoorts. Ook niet-technische zaken maken deel uit van het veiligheidsproject, zoals de opleiding van veiligheidsfunctionarissen en het vaststellen van protocollen en richtlijnen. Dat is van tevoren zo uitgestippeld door Witteveen+Bos, en vervolgens door verschillende aannemers en leveranciers ingevuld.
Aan het eind van de rit moesten die losse eindjes weer aan elkaar geknoopt worden. In het team dat daarvoor verantwoordelijk was, heeft Peutz de brandveiligheid voor zijn rekening genomen en de borging en certificering van de betreffende systemen verzorgd.
Detectie- en blusgasinstallaties: Saval
In samenwerking met Thyssenkrupp Liften heeft Saval detectie- en blusgasinstallaties voor 76 technische ruimten van de roltrappen van de nieuwe metrolijn in Amsterdam mogen ontwerpen en leveren. In de technische ruimte van elke roltrap staat de motor en besturingskast die de roltrap reguleert. De roltrappen maken onderdeel uit van de vluchtroute, ook als de roltrappen stil staan.
Een technische ruimte van een roltrap is gemiddeld 1 – 2 m3 groot, bestemd voor de motor en besturingskast. Er is weinig tot geen ruimte voor een bijkomende brandblusinstallatie. Daarnaast is zo een ruimte niet geheel afgesloten, wat eigenlijk een vereiste is voor een blusgassysteem.
De brandbeveiligingssystemen zijn speciaal ontworpen voor deze specifieke toepassing vanwege het gebrek aan ruimte. Voor deze systemen is gebruik gemaakt van flexibele verbindingen voor rookmelders, doormeldingen en blusslangen. De alarmering en technische meldingen worden doorgemeld aan het hoofdsysteem van de Noord/Zuidlijn. Doordat het zo flexibel is ingebouwd kunnen de systemen bij service- en onderhoudsbeurten geheel uitgenomen worden. Allerminst standaard.
Er is een live test uitgevoerd in een van de roltrappen voordat de systemen zijn ingebouwd. Dit in bijzijn van de Gemeente Amsterdam, opdrachtgever VIA en een inspectie-instelling. Na goedkeuring zijn 76 technische ruimten op 8 stations van de Noord/Zuidlijn voorzien van deze unieke oplossing.
Brandmeldinstallatie: Siemens
Siemens heeft voor de nieuwe Noord/ Zuidlijn de Centrale Besturingsinstallatie (CBI) geleverd. Het CBI ondersteunt zowel de reizigers als het personeel van GVB en Dienst Metro, bijvoorbeeld in geval van een calamiteit, zoals brand of een ontruiming. Operators in de verkeerscentrale hebben de mogelijkheid om realtime alle stations te monitoren en op basis hiervan in te grijpen. Ook heeft Siemens de stationssystemen geleverd voor toezicht en reizigersinformatie: de brandmeldinstallaties, camerasystemen (CTS), informatieborden, intercomzuilen en omroepinstallaties. Ook is Siemens de komende 10 jaar verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van het CBI en de stationssystemen op de Noord/Zuidlijn.
Rook- en warmtevrije vluchtroutes: Colt
De Noord/Zuidlijn in Amsterdam bevindt zich grotendeels onder de grond. Om in geval van een calamiteit de stations, nooduitgangen, trappenhuizen en vluchtwegen te vrijwaren van rook en warmte, heeft Colt de engineering, levering en montage verzorgd van een groot aantal rook- en warmteafvoersystemen, overdruksystemen en stuwdrukventilatie in de tunnelbuizen.
De meeste trappenhuizen en nooduitgangen van de Noord/Zuidlijn zijn door Colt voorzien van overdruksystemen om de reizigers een veilige en rookvrije vluchtweg te bieden. Deze systemen brengen de nooduitgangen op overdruk door schone lucht van buiten aan te zuigen en naar binnen te blazen.
Voor een aantal van deze trappenhuizen en nooduitgangen was het niet mogelijk om een verbinding met de buiten lucht te creëren, en zijn er door Colt speciale oplossingen bedacht. In plaats van een overdruk te creëren, is er een installatie ontworpen die met hoge snelheid de lucht verplaatst van de veilige ruimte naar de ruimte waar de brand wordt verwacht. Hierdoor wordt er als het ware een muur van lucht gecreëerd. Belangrijk hierbij is dat de luchtsnelheid niet te hoog mag zijn want de reizigers moeten uiteraard tegen deze luchtstroom in kunnen vluchten.
Alle 39 installaties die Colt heeft geleverd, worden gevoed door een eigen schakelkast en zijn aangesloten op het tunnelbeheersysteem van de Dienst Metro. De installaties kunnen elk moment van de dag worden gemonitord.
De genoemde oplossing is uniek binnen de Nederlandse regelgeving en dat betekende dat Colt op voorhand moest bewijzen dat het systeem in de praktijk zou functioneren. De betreffende ruimte is 3-dimensionaal nagebootst en in de CFD-software ingeladen. De ruimte werd verdeeld in kleine cellen (grids) waarbij de computer per cel heeft doorgerekend wat er gebeurt bij rookontwikkeling en wat de invloed is op de naastgelegen cel. Het ging soms wel om modellen van miljoenen cellen, waaraan de computer tot maximaal twee weken (!) rekende om de simulatie in kaart te brengen.
Een onafhankelijke inspectie-instelling keurt de installaties die Colt heeft aangelegd. Zij verlenen vervolgens een certificaat voor een jaar dat na aantoonbaar onderhoud en beheer steeds met een jaar verlengd wordt.
Vluchtrouteaanduiding: INOTEC
INOTEC Noodverlichting B.V. leverde een complete NEA oplossing ten behoeve van het automatisch op afstand bewaken van alle door INOTEC geleverde LED vluchtrouteaanduiding armaturen en vluchtrouteaanduidingen geïntegreerd in de bewegwijzeringsborden van 6 metrostations.
De NEA oplossing voorziet in een volautomatische bewaking van alle LED vluchtrouteaanduidingsarmaturen achter de UPS conform NEN 1010, NEN-EN 1838 en NEN-EN 50172 voor de metrostations Noord (Buikslotermeerplein), Centraal Station, Rokin, Vijzelgracht, De Pijp en Station Europaplein (RAI).
LED geleideverlichting: Hefas Brandbeveiliging
Hefas Brandbeveiliging heeft 2200 meter LED geleideverlichting geleverd, gemonteerd en bedrijfsvaardig opgeleverd. De geleideverlichting is bestemd voor 15 stationsvloeren verdeeld over vijf metrostations gelegen aan de Noord/Zuidlijn in Amsterdam. In de vloer van het perron en verdeelniveau wordt een pulserende lichtlijn opgenomen die voldoet aan de Veiligheidseisen Tram- en MetroTunnels, met als doel tijdens een calamiteit de richting van de vluchtweg aan te duiden.
Noodverlichting en ontruimingsplattegronden: Van Beem & Van Haagen Partners
VB & VH verzorgde de system-engineering, ontwikkeling, productie en installatie voor de totale wayfinding, verlicht en onverlicht, van alle stations van de Noord-Zuidlijn. De wayfinding bestaat onder meer uit noodverlichting, lichtbakken met verdwijn-signalering, ontruimingsplattegronden, routevorken, vitrines en verlichte kubussen.
Ontruimingsalarminstallatie en (nood)intercom: Hacousto
Hacousto Communicatiesystemen was verantwoordelijk voor de levering en inbedrijfstelling van de communicatiemiddelen: de reizigersomroep, de (nood)intercom en de ontruimingsalarminstallatie NEN2575 type A (gesproken woord). Naast het projecteren en leveren van de luidspreker projectie en de centrale apparatuur, zijn deze ook door Hacousto inbedrijfgesteld, ingeregeld en opgeleverd.
De ontruimingsalarminstallaties op de stations zorgen ervoor dat de aanwezige reizigers goed en tijdig worden geïnformeerd in het geval van een calamiteit. Hierbij is het belangrijk dat de boodschap helder en verstaanbaar wordt weergegeven. Om dit te waarborgen, is per station een akoestische simulatie uitgevoerd. Aan de hand van de stationstekeningen en kenmerken zoals gebruikte materialen, is hiervoor door Hacousto een 3D computermodel opgesteld waarmee de verwachte resultaten konden worden voorspeld, welke tijdens de opleverproeven ook zijn aangetoond. Het resultaat was voldoende om te komen tot een volledige certificering op alle stations.
Vluchtluiken: Storax
De vluchtluiken staan in verbinding met de tunnelbuis en bevinden zich tussen de stations in. Ze zijn bedoeld om bij eventuele calamiteiten in de tunnelbuis het vluchtend publiek op een veilige manier naar het maaiveld te leiden. Het Storax NES vluchtluik is speciaal ontwikkeld voor vluchtwegen van ondergrondse ruimtes zoals tunnels, parkeergarages en metrostations. In geval van een calamiteit in de tunnelbuis wordt het vluchtluik door middel van een signaal vanuit de brandmeldcentrale aangestuurd en geopend. Dat gebeurt elektrisch/hydraulisch en het proces neemt slechts dertig seconden in beslag. Al na vijftien seconden is de doorgang groot genoeg om te kunnen vluchten. Op het moment dat het luik opent, wordt tevens de leuning van de trap verlengd, zodat het vluchtend publiek op een veilige manier kan uitstappen.
Het Storax NES vluchtluik heeft een extra ingebouwde veiligheid. Mocht de hoofd- en noodstroomvoorziening volledig wegvallen, dan kunnen de luiken met een gewicht van tussen de 1.500 en 2.000 killogram met een simpele handbeweging van binnenuit handmatig geopend worden dankzij het gepatenteerde noodenergiesysteem. De hydrauliek is bovendien overgedimensioneerd. Mocht er zich een auto of motor op het vluchtluik bevinden – op het Scheldeplein is bijvoorbeeld de bestrating doorgelegd over het luik – dan nog opent het luik zich zonder problemen. Daarnaast is voorzien in een tracing rondom het luik om te voorkomen dat het luik onder winterse omstandigheden vastvriest.
Branddeuren: Hoefnagels
Hoefnagels Branddeuren leverde de branddeuren voor het project. De branddeuren beschermen mensen én gebouwen tegen de schade van vuur, rook en inbraak. Hoefnagels ontwikkelt zelf continu nieuwe producten, houdt de productie daarvan in eigen hand en heeft de branddeuren zelf geplaatst.
Veilige bekabeling: Cable Masters
Cable Masters leverde circa 200 kilometer aan kabel voor dit project, variërend van signaalkabels met functiebehoud (1x2x0,8 mm E 90) tot en met energiekabels van 240 mm². Deze kabels vonden hun toepassing in een groot aantal situaties, zoals sturingen van brandmeldcentrales, bekabeling naar luidsprekers en slow-whoops voor de ontruimingsinstallaties, voedingen voor de centrale noodverlichting, en voedingen naar de rook-warmte-afvoerinstallaties.
In de tunnelbuis bevinden zich in totaal 55 ventilatoren, met een capaciteit die varieert van 16.000 m³ tot 111.000 m³ per uur. Alle ventilatoren zijn aangesloten met stuur- en voedingskabels met functiebehoud (E90). Hiermee worden rook en hitte tijdens een brand gecontroleerd afgevoerd en worden het gebouw en de inventaris beschermd. Maar bovenal, het geeft de brandweer voldoende zicht om de situatie onder controle te krijgen, en het garandeert een veilige vluchtweg voor de mensen in de tunnel.
Adviesdiensten: Royal HaskoningDHV
Integrale brandveiligheid station Noord: Antea Group
Antea Group heeft advieswerkzaamheden verricht voor Station Noord, waarbij de afdeling SAVE het integrale brandveiligheidsconcept en de vergunningsaanvraag heeft verzorgd.
PvE van de BMI en OAI: Smits van Burgst Beveiliging B.V.
Smits van Burgst Beveiliging B.V. heeft de concepten en eisen van de opdrachtgever vertaald naar de uitgangspunten voor een veilige en doelmatige BMI en OAI installatie.
Aflevering BMI en OAI op juiste niveau: R2B Inspecties
R2B Inspecties was betrokken bij het op het juiste niveau opleveren van de BMI en OAI.
Aannemer
De aannemer van de Noord/Zuidlijn is VIA (Visser en Smit Bouw en oorspronkelijk Imtech, aangevuld met Arcadis). Ook Efectis deed mee. Aannemer VIA was verantwoordelijk was voor de selectie van de producten, de toetsing of deze voldoen en de coördinatie van de werkzaamheden.
Bronnen: Peutz, Saval, Vetrotech, Colt, Cable Masters, Siemens, INOTEC, Hefas Brandbeveiliging. VB & VH en Storax
De redactie van Brandveilig.com heeft getracht alle partijen die bij de brandveiligheid van de Noord/Zuidlijn betrokken zijn geweest op te nemen in deze lijst. Staat uw bedrijf niet genoemd maar bent u wel betrokken geweest bij het brandveilig maken van het nieuwe metro-netwerk? Stuur dan een e-mail naar info@brandveilig.com.