Sinds 2 mei werkt de Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (DIVV) van de gemeente Amsterdam aan de vluchtwegen in de ondergrondse metrostations en de metrotunnel. Er worden installaties voor rook- en warmteafvoer aangelegd en boven de perrons komen uitrolbare schermen.
In geval van brand komen deze schermen naar beneden en verdelen het perron in vijf compartimenten. Elk compartiment krijgt zijn eigen afzuiging. Ventilatiekanalen met daarin ventilatoren zuigen de rook en warmte op en blazen deze naar buiten. Deze zogenaamde rook- en warmteafvoerkanalen (RWA-kanalen) zijn al aanwezige verticale schachten die hiervoor worden omgebouwd. De afgezogen lucht wordt van buiten via de trappen aangevuld met frisse lucht, waardoor men tegen de luchtstroom in het station kan verlaten. Op de stations Centraal Station en Weesperplein worden bovendien de noodtrappen en de toegang tot de noodtrappen verbeterd. Naast de rook- en warmteafvoer worden ook branddetectiesystemen en noodverlichting aangelegd, is er een integraal besturingssysteem ontwikkeld en gebouwd, komt er low-location lighting (verlichte aanduiding van vluchtroutes net boven de vloeren en wordt de elektravoorziening vernieuwd en verzwaard.
De vluchtwegmaatregelen zorgen ervoor dat Amsterdam op 1 december 2011 voldoet aan de extra eisen die gesteld worden voor brandveiligheid door het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
In totaal wordt voor ca € 275 miljoen geïnvesteerd om de metro gereed te maken voor de komende 30 jaar. Daarvan is € 45 miljoen gereserveerd voor de uitvoering van de vluchtwegmaatregelen die deze zomer worden uitgevoerd.





