Op donderdag 19 mei 2011 vond bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu te Den Haag het PFOS Symposium plaats. Dit symposium over de Europese Verordening 850/2004 die voorziet in een uitfasering van stoffen en materialen waar in PFOS aanwezig is, was georganiseerd door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en VEBON. Centraal deze middag stond het tijdig vervangen van PFOS-houdende blusschuimen en de eigen verantwoordelijkheid van de gebruiker daarbij.
De dagvoorzitter Cees Luttikhuizen van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu opende het symposium en schetste hoe het ook al weer zit met blusschuim. Bedrijven die in het bezit zijn van blusschuimen, hebben of krijgen binnenkort te maken met de problematiek van PFOS in blusschuimen. In de Europese regels is namelijk vastgelegd dat blusinstallaties met PFOS-bevattend schuim voor 27 juni 2011 moeten zijn gesaneerd. Nieuw blusschuim mag ten hoogste 10 mg/kg PFOS bevatten. Voor de restconcentratie van PFOS na sanering is op Europees niveau nog geen grenswaarde vastgesteld.
Hoewel menig bedrijf al tot vervanging is overgegaan, moeten vele bedrijven nog actie ondernemen. Sommige weten zelfs niet of zij over PFOS-houdende blusschuimen beschikken. Het wordt nu toch echt tijd deze laatste twee groepen te stimuleren over PFOS-vrije alternatieven na te denken. Daarover vertelde Jerry Krijn namens VEBON meer. Bij filmvormende schuimconcentraten (o.a. AFFF en AFFF-AR) worden fluortensiden gebruikt die effectief zijn in het omlaag brengen van de oppervlaktespanning, waardoor het schuim snel uitvloeit. Een andere techniek om fluortensiden te maken is via het telomerisatieproces, waarbij geen stoffen als PFOS vrijkomen. De huidige generatie fluorvrije schuimconcentraten zijn voor vele toepassingen geschikt en biologisch geheel afbreekbaar.
Pieter Bikker vertelde vervolgens namens VEBON over het plan van aanpak voor vervanging van PFOS-houdend blusschuim. Hij ging met name in op waar PFOS-houdend schuim aangetroffen kan worden en hoe dit te vervangen. Tevens benadrukte hij het belang van de volledige vernietiging van PFOS-houdend schuimconcentraat. Wim van de Putte van Dow Chemical Terneuzen ging hier vervolgens verder op in door als gebruiker te vertellen over de opgedane ervaringen bij het proces van vervangen van PFOS-houdende stoffen. Hij vertelde vooral over de aansturing van een dergelijk project en uitvoering in het veld.
Tot slot lichtte Peter Hellema van VROM Inspectie de norm toe en zette de stappen voor sanering nog eens op een rij. Ga na welk schuim uw installatie bevat, indien niet bekend is welk schuim de installatie bevat of indien er sprake is van mening door hervulling dient er een monster te worden genomen. Indien de installatie een PFOS-houdend blusschuim bevat, dan moet dit op verantwoorde wijze uit de installatie worden gehaald en op verantwoorde wijze worden verwerkt door een erkende verwerker. Hergebruik, terugwinning en/of leveren aan derden is verboden. Peter Hellema liet de zaal desgevraagd weten dat dat er geen sprake is van een gedoogbeleid na 27 juni 2011. De regels zijn al vanaf 2006 bekend en VROM Inspectie zal streng handhaven.