In het ‘brandlab’ van Peutz in Molenhoek wordt gebruik gemaakt van verschillende nieuwe testmethoden. Bijvoorbeeld een methode om de rookwerendheid van deuren te testen. Hiervoor is een accreditatie verleend.
De bouwkundige brandveiligheid van gebouwen is een samenspel van drie essentiële veiligheidskenmerken. Het gaat om de brandwerendheid van constructies en de brandbaarheid (brandgedrag) van materialen. Maar voor het bereiken van een aanvaardbaar veiligheidsniveau, wordt in toenemende mate gebruik gemaakt van de weerstand van constructies tegen rookdoorgang. Dit wordt ook wel WRD of rookwerendheid genoemd.
Rook groter gevaar dan brand zelf
Rook is schadelijke verontreinigde lucht, die het vluchten bij een brand bemoeilijkt. Voor de gebruikers van een gebouw is rook doorgaans een groter gevaar dan de brand zelf. Het Bouwbesluit 2012 geeft daarom regels voor zowel de indeling van een gebouw in brandcompartimenten als in rookcompartimenten. Dit noemen we de subbrandcompartimenten. Dat heeft natuurlijk alleen nut als de scheiding tussen twee compartimenten de rook ook daadwerkelijk tegenhoudt.
Rookwerendheid vaststellen door testen brandwerendheid
Het Bouwbesluit 2012 schrijft (nu nog) voor dat de rookwerendheid van constructies kan worden vastgesteld door het testen van de brandwerendheid, specifiek op het criterium vlamdichtheid (E). Het zou logischer zijn dat de eis gebaseerd is op de daadwerkelijke beperking van rookdoorlating. Ofwel de luchtlekkage van de desbetreffende constructie, zoals bijvoorbeeld een deur. Dit laatste is exact wat de Europese norm EN 1634-3 doet. Deze norm bevat een methode waarmee bepaald kan worden hoe goed een deur daadwerkelijk afsluit. Dat betekent dat er gemeten wordt hoeveel luchtlekkage optreedt als een drukverschil over de deur wordt aangebracht.
De meting kan worden gedaan bij omgevingstemperatuur (20 °C) of bij verhoogde temperatuur (200 °C). De eerste waarde zegt iets over de lekkage ‘koude’ rook, bijvoorbeeld op grotere afstand van de brand. De tweede waarde zegt iets over de situatie bij verhoogde temperatuur (middelwarme rook), een situatie waarbij ook vervorming van het deurblad en kozijn een rol kan spelen. De gemeten waarden worden vervolgens getoetst aan de grenswaarden. Deze zijn vermeld in de classificatienorm EN 13501-2. Daarna kan een classificatie Sa of S200 worden afgegeven.
Audit testopstelling rookwerendheid deuren
Peutz heeft in het voorjaar van 2019 een audit laten uitvoeren door de Nederlandse Raad voor Accreditatie. Aan deze audit ging een periode van vooronderzoek, ontwerpen, bouwen en testen vooraf. Tijdens de audit zijn alle facetten van de test beoordeeld. Van het testen van de deur volgens EN 1634-3 tot het opstellen van een classificatie volgens EN 13501-2. Dit resulteerde in een positieve beoordeling, waardoor er recentelijk voor de bepaling een accreditatie is verleend. Deze kun je hier downloaden.
Accreditatie
De testopstelling voor rookwerendheid is geaccrediteerd volgens NEN-EN-ISO/IEC 17025. Daarnaast is het ‘brandlab’ van Peutz aangewezen als Notified Body, door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onder nummer NB 2264. De resultaten van de testen zijn geldig en bruikbaar in alle Lidstaten van de Europese Unie. Ze kunnen gebruikt worden bij de CE-markering van brand- en/of rookwerende deuren. Voor deze deuren is een geharmoniseerde productnorm EN 16034 beschikbaar. Met deze norm, in combinatie met EN 14351-1, is voor buitendeuren de verplichte CE-markering per 1 november 2019 een feit. Voor binnendeuren is dat het geval zodra EN 14351-2 vermeld is in OJEU.
Volg Brandveilig op LinkedIn