Is de toepassing van rookwerende terugslagkleppen gelijkwaardig aan de toepassing van, volgens NEN 6075 vereiste, rookmeldergestuurde rookkleppen? Dat was de vraag waarover de Adviescommissie toepassing en gelijkwaardigheid bouwvoorschriften (ATGB) onlangs advies uitbracht.
In een nieuwbouwcomplex met woningen in 4 tot 5 bouwlagen is een ventilatiesysteem toegepast met natuurlijke luchttoevoer via de gevels en een mechanisch afzuigsysteem per woning dat aansluit op een centraal luchtkanaal dat door alle boven-elkaar-gelegen-woningen voert. De centrale luchtafvoerkanalen voeren door de woningscheidende vloeren die tevens de scheiding tussen de brandcompartimenten en de (beschermde)subbrandcompartimenten vormt.
Combinatie brandklep en rookwerende terugslagklep
Om te voorkomen dat brand in een woning via het centrale luchtafvoerkanaal binnen de vereiste WBDBO-tijd in een andere woning terechtkomt is, ter plaatse van de doorvoer in elke vloer, een brandklep geplaatst die via een smeltlood automatisch dichtvalt zodra de temperatuur hoger dan 72 °C wordt. Ter plaatse van elke aftakking van het centrale luchtafvoerkanaal naar de woning is een rookwerende terugslagklep geplaatst die automatisch dichtvalt zodra de richting van de luchtstroom van richting verandert. Met de combinatie van brandklep en rookwerende terugslagklep wordt, volgens de opdrachtgever, aan de vereiste rookweerstand R200 voldaan.
Vergunningvoorwaarde
NEN 6075 vereist in § 6.3.3. echter dat een rookklep rookmeldergestuurd moet zijn. Een rookwerende terugslagklep wordt niet in NEN 6075 benoemd. Het bevoegd gezag heeft toepassing van een rookmeldergestuurde terugslagklep daarom ook als vergunningvoorwaarde benoemd. Hier is niet aan voldaan.
De brandveiligheidsadviseur is van mening dat de toegepaste rookwerende terugslagkleppen voldoende bestand zijn tegen bezwijken als gevolg van rookopbouw in een bovengelegen woning met brand, waarvan de temperatuur ter plaatse van de brandklep nog niet de 72 °C heeft bereikt en de brandklep nog niet gesloten is.
De brandweer is van mening dat het niet ondenkbaar is dat de brandklep nog niet gesloten is en dat desondanks de drukopbouw al zodanig hoog is dat een rookwerende terugslagklep bezwijkt, waardoor plotseling een enorme luchtstroom op gang komt vanuit de brandruimte en daardoor niet aan de vereiste R200 wordt voldaan. De brandweer is van mening dat dit verschijnsel bij een rookmeldergestuurde terugslagklep niet het geval zou zijn.
Advies
De ATGB adviseert in deze casus als volgt over de toepassing van de bouwvoorschriften:
- Namens bevoegd gezag: Is de opstelling die in de appartementen is aangebracht een gelijkwaardige oplossing met betrekking tot de rookmeldergestuurde brandkleppen zoals in de NEN 6075 beschreven? Ja.
- Namens belanghebbende: Voldoet de gerealiseerde situatie van het ventilatiesysteem op een gelijkwaardige wijze aan artikel 2.94b, lid1 van Bouwbesluit 2012? Ja.
Overigens merkt de ATGB over deze casus nog het volgende op: In de actuele bouwpraktijk komen de hier geschetste problemen regelmatig voor in de zoektocht naar alternatieve methoden voor rookmeldergestuurde kleppen. De ATGB hecht eraan om daarom in dit advies richting te geven aan de onderbouwing voor gelijkwaardigheid hiervan. De mogelijkheid voor onderhoud van de voorgestelde terugslagklep kent beperkingen door het ontbreken van een inspectieluik, maar is beter dan het noodzakelijke onderhoud van een rookmeldergestuurde klep die rechtstreeks voldoet aan NEN 6075, waarvoor de norm ook geen inspectieluik vereist.
ATGB-advies 2401 – Niet-rookmeldergestuurde rookkleppen, 20 maart 2024, www.atgb.nl