De levensduur van een gebouw hangt van een aantal factoren af. Zo is er sprake van een technische, een economische en een praktische levensduur. Uitgaande van een economische levensduur van gemiddeld 60 jaar kunnen in die 60 jaren allerlei veranderingen plaatshebben. De levensduur van gebouwen kan in principe veel langer opgetrokken worden door periodieke aanpassingen en verbeteringen, ondanks het feit dat de economische levensduur al lang overschreden is. De constructie gaat immers veel langer mee.
Mede door gewenste functieveranderingen en gewijzigde inzichten kunnen de aanpassingen bij transformatie zeer ingrijpend zijn. Telkens dienen wijzigingen inwendig en uitwendig te voldoen aan de dan vigerende bouwregelgeving, tenslotte moet het wel veilig blijven. Brandveiligheid speelt naast constructieve veiligheid een belangrijke rol, die echter niet altijd toegespitst is op het behoud van het gebouw bij een eventuele calamiteit. Vluchtveiligheid is doorgaans het criterium.
Bij de nieuwbouw wordt het ontwerp getoetst en daadwerkelijk gecontroleerd door het bevoegde gezag. Zelfs hierbij komen ontoelaatbare afwijkingen voor laat staan bij latere aanpassingen na de ingebruikname. De integriteit van het gebouw dient in de tijd gewaarborgd te worden en dit vraagt om een periodieke controle met een mogelijk bewijs van goed gedrag in de vorm van een certificaat. Hiervoor is enige jaren geleden het KIWA Keurmerk Brandveilig gebruik Bouwwerken (BGB) in het leven geroepen, terwijl er ook sprake is van het Model Integrale Brandveiligheid Bouwwerken (IBB), een initiatief van het CCV. Sinds kort is er ook een vraag om aandacht vanuit Bouwend Nederland, FME en Uneto-VNI om een centrale database te starten. In een brief aan minister Blok (Wonen) willen de organisaties er op wijzen dat voor bestaande gebouwen er een groot aantal verplichte keuringen bestaan op het gebied van veiligheid, gezondheid, milieu en energie. Gebrek aan overzicht van de controlerende instanties zou hierbij een rol kunnen spelen. Een voorbeeld die in het verleden beschreven is in deze rubriek was de periodieke controle van stookinstallaties op CO2 uitstoot door de onderhoudsbedrijven en de geconstateerde afwijkingen in het onderzoek door de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV). Een APK keuring voor gebouwen zou de problemen kunnen oplossen, echter de landelijke draagkracht is tot op de dag van vandaag uitgebleven. De eerste initiatieven op dit gebied zijn al in 2005 ontwikkeld.
Zowel bij het ontwerp als latere wijzigingen van gebouwen komen architecten en constructeurs om de hoek kijken om hun onontbeerlijke vakkennis ten toon te spreiden. Naast de visuele hoogstandjes en de functionele eisen dienen ook de veiligheidseisen een rol te spelen en gewaarborgd te worden. Controle door onafhankelijke derden kan hierbij een belangrijke rol spelen zichtbaar neergelegd in het eindresultaat, een certificaat, dat simpel zichtbaar kan worden gemaakt middels de database die elk gebouw omschrijft. Zo eenvoudig kan het zijn. Je moet er wel bij aanvang de nodige energie in steken en de zaak gedurende de levensduur van het gebouw adequaat bijhouden. De middelen zijn er, nu nog de wil om er een succès van te maken.
Leo Porrio is risk consultant